Uit de verslagen blijkt dat het onderwijskundig en onderwijsondersteunend functioneren van deze scholen goed verlopen. Zo is er onder meer sprake van ‘een gemotiveerd, dynamisch pedagogisch team’ en ‘een veilig en stimulerend pedagogisch klimaat waarin de kinderen maximale ontwikkelingskansen krijgen.’
Dat verdient een dikke pluim voor het hele schoolteam!
Dit inhoudelijk sterke werk steekt in schril contrast af met de waslijst aan opmerkingen over het zogenaamde ‘risicobeheersingsbeleid’. Dit is, kort gezegd, de infrastructuur. De opmerkingen gaan van het gebrekkige sanitair, over onveilige verlengsnoeren tot opmerkingen over het gebrek aan brandveiligheid. Meer nog, in Pellenberg stelt de inspectie onomwonden: ‘Eén kleuterklasje is ingericht in een vroegere kleine sanitaire ruimte en beantwoordt niet aan de regelgeving. Deze huisvesting biedt
onvoldoende mogelijkheden om de kleuters toe te laten zich maximaal te ontwikkelen.’
Desalniettemin krijgen alle scholen een positief advies tot juni 2011. Tegen dan moet er tegemoet gekomen zijn aan de opmerkingen van de inspectie.
Kortom, het is overduidelijk dat we met onze jarenlange kritiek op de gebrekkige gemeentelijke onderwijsinfrastructuur, overschot van gelijk krijgen.