Jonge politici pleiten voor een politieke klimaatsverandering

 Opiniestuk vandaag gepubliceerd in De Standaard, lees hier

Verkiezingen zijn de hoogmis van elke democratie. Althans, dat zouden ze moeten zijn. In de aanloop naar de komende Vlaamse en Europese verkiezingen valt er niet veel te merken van een feeststemming. Nog geen 18 procent van de Belgen vertrouwt zijn politici volgens recent marktonderzoek. Dat komt omdat het politieke bedrijf van vandaag de belangrijke maatschappelijke evolutie van gisteren heeft gemist: die van samenwerking. Wij, de politici voor morgen, kiezen voor een nieuw model. Politiek debat én samenwerking moeten opnieuw de drijvende kracht van maatschappelijke vooruitgang worden. Enkel zo kan de politieke klasse haar legitimiteit en waardigheid herwinnen.

 Je hoeft geen politoloog te zijn om te verklaren waarom ‘de politiek’ zo weinig krediet krijgt. Wat we de voorbije jaren te zien kregen was een weinig verheffend schouwspel. Het wederzijdse wantrouwen, het overlopen in alle richtingen en het gespin hebben de politiek in een conflictmodel gestort. Helaas gaat het zelden om een tegenstelling van ideeën. Wel om de botsing van ego’s en partijtactiek, aangevuurd door de onverzadigbare mediamachine.

 Toch moeten we net ophouden met de politieke markt te zien als een ‘zero-sum game’, waarbij het verlies van de ene, per definitie de winst van de andere is. En dat zoiets kan, zelfs in een hypercompetitieve omgeving als de politiek, bewijzen andere geledingen van onze maatschappij.

 In de concurrentiële wereld van het bedrijfsleven bijvoorbeeld, heeft het mantra van samenwerking al lang zijn verdiensten bewezen. De tijd van de autoritaire baas die op zijn eentje de hele onderneming belichaamde is naar de prullenmand verwezen. Een visionaire CEO zoals Thomas Leysen weigerde een nominatie voor de prestigieuze onderscheiding ‘Manager van het Jaar’. Reden: een bedrijf leiden is groepswerk en een dergelijke nominatie bekroont een individuele prestatie. Ook tussen bedrijven is open innovatie, samenwerken met concurrenten, al lang het nieuwe ordewoord. Zo bieden ‘gezworen aartsvijanden’ Microsoft en Linux tegenwoordig zowat overal ‘double booth’-systemen aan. Of neem de geneeskunde, in deze traditioneel sterk verkokerde sector is samenwerking vandaag de logica zelve: tussen huisarts en specialist, tussen verpleegsters en verstrekkers van nazorg. Patiënten kiezen niet langer dokters met de beste reputatie, maar ziekenhuizen en teams met onberispelijk renommee.

 Wij, jonge politici, zijn klaar om politiek te bedrijven zoals de rest van de maatschappij ons al lang voordoet: door samen te werken. Niet alleen om uit het institutionele drijfzand te geraken, maar ook als we de voorwaarden willen scheppen om jobs te creëren, ons onderwijs te moderniseren en Vlamingen aan te zetten tot vernieuwing. Elk politicus moet van zijn eiland af. Uitdagingen als duurzaamheid en innovatie kunnen niet langer door één vakminister worden opgelost; ze vereisen de inspanning van elke minister en een doorgedreven samenwerking in regeringsverband.

 Wij willen vandaag de politieke klasse zijn die het heft flink in handen neemt. Door de nivellering van het politieke landschap zijn we, meer dan ooit, tot elkaar veroordeeld als we Vlaanderen in beweging willen zetten. Wij pleiten ervoor om terug te grijpen naar de essentie van het politieke spel: door de uitwisseling en botsing van ideeën komen tot duurzame oplossingen. Niet minder ideologie, maar méér ideologie. Politiek als bron van creativiteit en vice versa. Dit vereist politici die open staan voor de ander, hun eigen denkkader in vraag durven stellen en de moed hebben om bij te sturen. Politici die durven uitkomen voor hun mening, wars van de dictaten uit onze partijhoofdkwartieren. Het vereist ook politici die respectvol met elkaar omgaan, die opnieuw de ontmoeting met elkaar opzoeken, samenwerken en met open vizier in debat gaan want we mogen de intelligentie van onze kiezers niet onderschatten. Alleen zo kunnen we de politiek haar waardigheid en authenticiteit teruggeven.

 Met dit opiniestuk zetten we een eerste stap naar een nieuwe politiek met inhoud. Als jonge politici en kandidaten bij de komende verkiezingen, engageren we ons tot deze andere stijl van politiek bedrijven. Ver weg van het huidige imbroglio, maar ook ver weg van de naïviteit, het wollige taalgebruik en de beloften van de ‘Nieuwe Politieke Cultuur’ van de jaren ’90. 

 Als we dan toch door de donkere tunnel moeten die de crisis is, laten we dan zorgen dat we uitkomen op een betere plek dan waar we vertrokken zijn. Om het met de woorden van een jonge president te zeggen: vanaf vandaag moeten we ons herpakken, het stof van ons afschudden en opnieuw beginnen aan de opbouw van een vernieuwde samenleving. Deze strijd kunnen we natuurlijk niet alleen winnen. Elke burger, politicus, journalist en verenigingslid kan een steen in de rivier verleggen en een politieke klimaatsverandering op het getouw zetten.

 Lorin Parys (Open Vld), Theo Francken (N-VA), Peter Van Rompuy (CD&V), Isabelle van Laethem (LDD), Hermes Sanctorum (Groen!), Norah Karrouche (sp.a), Mohamed Ridouani (SLP)

2 gedachtes over “Jonge politici pleiten voor een politieke klimaatsverandering

  1. Bravo!

    Toch een opmerkingetje: Wanneer een computer zowel Linux als Windows kan opstarten, heet dat “dual boot”, niet “dual booth”. Gebruikers met een beetje kennis ter zake kunnen hun computers zo configureren. Maar computerbouwers (ISVs) die commercieel out-of-the-box dual boot-systemen aanbieden zijn dun gezaaid (als Microsoft al toelaat dat ze bestaan), zowel in de bedrijven- als consumentenmarkt.

    De schade is beperkt: deze fout haalde namelijk De Standaard niet (volgens de website). Daar werd de passage verkort/verbeterd tot

    samenwerken met concurrenten al lang het nieuwe ordewoord. Dat begrijpen zelfs de ‘gezworen aartsvijanden’ Microsoft en Linux.

  2. Pingback: The Leuven Five « Theo tuurt naar Vlaanderen en de wereld

Plaats een reactie